In Colombia woedt sinds 1964 een intern conflict tussen het nationale leger, guerrillabewegingen en neo-paramilitaire groepen, dat ondanks verschillende vredesonderhandelingen en akkoorden tot op de dag van vandaag voortduurt. De belangrijkste oorzaak van het conflict is de ongelijke verdeling van land, waarbij de guerrillabewegingen streefden naar een rechtvaardiger verdeling. In de Colombiaanse rurale economie, rijk aan zowel bovengrondse als ondergrondse natuurlijke hulpbronnen, is land de primaire bron van inkomsten. Dit verklaart waarom controle over land nog steeds de voornaamste inzet van het conflict is.
In 2016 werd een vredesakkoord ondertekend tussen de regering en de FARC-EP, de grootste guerrillabeweging van het land. Ondanks dit akkoord is er nog geen sprake van vrede. De implementatie verloopt moeizaam, en herhaalde onderhandelingen met de ELN, een andere linkse guerrillabeweging, hebben nog niet tot een overeenkomst geleid. Het geweld door neo-paramilitaire groepen, ontstaan om de belangen van de rurale elite te beschermen, is opnieuw toegenomen. Daarnaast zijn dissidenten van de FARC-EP weer actief geworden, wat bijdraagt aan de voortdurende mensenrechtenschendingen.
De slachtoffers van dit conflict zijn voornamelijk plattelandsbewoners, waaronder veel Afro-Colombiaanse en inheemse gemeenschappen. Vooral mensen die zich inzetten voor deze gemeenschappen en het behoud van de natuur zijn doelwit van geweld. Journalisten, vakbondsleiders, landactivisten en natuurbeschermers worden, net als de plattelandsbevolking, regelmatig het slachtoffer van intimidatie, moord, marteling, ontvoering en verkrachting.
Door het conflict zijn er in Colombia tot nu toe meer dan 7 miljoen ontheemden, mensen die gedwongen hun huis en land hebben moeten achterlaten. Er zijn voorlopig geen tekenen dat het geweld tegen hen afneemt. Sinds de ondertekening van het vredesakkoord in 2016 zijn minstens 1.270 mensenrechtenverdedigers vermoord (tot het laatste rapport in 2021), waardoor Colombia het gevaarlijkste land ter wereld blijft voor het werk van mensenrechtenverdedigers. Toch blijven er Colombianen strijden voor de rechten die in de grondwet zijn vastgelegd.
PBI biedt bescherming en ondersteuning aan deze mensenrechtenverdedigers in Colombia door een fysieke aanwezigheid op de grond te combineren met een krachtig internationaal netwerk. Dit stelt PBI in staat om lokale verdedigers te beschermen, hen in hun werk te ondersteunen en de internationale gemeenschap bewust te maken van de voortdurende situatie. Het team werkt nauw samen met lokale organisaties om de naleving van internationale mensenrechtenverdragen te bevorderen, zodat verdedigers hun belangrijke werk voor sociale rechtvaardigheid en vrede kunnen voortzetten.
